Vergeleken: Kaaswinkels in de binnenstad

Kaas marcheert altijd, schreef Willem Elsschot al. En dat blijkt: in nog geen vier jaar tijd is het aantal kaaswinkels in de Groninger binnenstad gegroeid van een naar vier. Waarin onderscheiden ze zich van elkaar?

Vier kaaswinkels, dat lijkt veel, maar ze zijn netjes verdeeld over de binnenstad. Ieder in zijn eigen hoekje: een in de Folkingestraat, de tweede in de Zwanestraat, de derde in de Oosterstraat en de vierde aan de rand van het centrum in de Astraat. En hoewel je bij alle vier terecht kunt voor een pond jong belegen, hebben ze allemaal hun eigen specialisatie.

Van der Leij

Eigenaar: Peter van de Velde
Locatie: Oosterstraat, en vanaf september ook aan het Helperplein
Open sinds: 1934
Koop hier als: je van winkels zonder poespas houdt.

Lang de enige kaaswinkel in de binnenstad, is Van der Leij voor veel Stadjers nog altijd de enige stop voor de betere kaas. Vraag Peter van de Velde, sinds elf jaar eigenaar, niet om zijn zaak op te hemelen, want daar is hij slecht in. Bij hem kun je terecht voor een breed assortiment kaas van de beste kwaliteit die hij maar vinden kan, en verder doet hij niet aan poespas. ,,Ik hou gewoon van kaas en ik hoop klanten te trekken die daar ook van houden. Zij willen geen exorbitante dingen.”

Een zegeltjeskaart, die is er nog wel, maar met de klantgegevens die hij zo verzamelt – goud voor marketingjongens – doet hij niets. De grootste ontwikkeling in het 81-jarige bestaan van Van der Leij volgt in september: dan opent er een tweede vestiging aan het Helperplein. Daar kun je straks ook nootjes krijgen. In de Oosterstraat verkoopt Van der Leij die niet. ,,Daarvoor kunnen mensen wel naar Très Bien.”

 

De Groninger Kaasboetiek

Eigenaar: Anne-Marie Knol
Locatie: Astraat
Open sinds: 2011
Koop hier als: je graag kaas met een verhaal eet.

Anne-Marie Knol was de eerste die het aandurfde om Van der Leij te beconcurreren. Ze koos een locatie helemaal aan de andere kant van het centrum en een specialiteit: boerenkaas. Die wordt niet in een fabriek gemaakt, maar meteen op de boerderij waar de melk vandaan komt. ,,Elk soort kaas heeft daardoor z’n eigen smaak. Mensen komen hier terug voor kaas van een bepaalde boer.”

Bij elke boerenkaas in de Groninger Kaasboetiek staat de naam van de maker, en over elke boer kan Knol je wel wat vertellen. Bij de meeste boerderijen is ze zelf op bezoek geweest. ,,Als je kaas verkoopt moet je er ook over kunnen vertellen, vind ik.” De kazen komen uit het hele land, maar veel Groningse kazen zitten er niet tussen. Boeren hier uit de provincie kiezen veelal voor een maakproces waardoor de smaak vervlakt, zegt Knol. ,,Wij willen uitgesproken kazen.”

 

De Boergondiër

Eigenaar: Alwin van Bussel
Locatie: Folkingestraat
Open sinds: 2012
Koop hier als: je het liefst Groningse waar koopt.

Bij de Boergondiër wappert de Groningse vlag fier aan de gevel. Koop je hier je kaas, dan koop je lokaal. De meeste kazen hier komen namelijk uit Groningen. ,,Een puntje brie en een stukje roquefort mogen natuurlijk niet ontbreken, maar ik haal zoveel mogelijk uit de streek.” Zijn Goudse kaas is dus overwegend boerenkaas.

Maar bij de Boergondiër kun je ook terecht voor andere streekproducten: Groningse snoepjes, jam, soep en souvenirs met Groningse vlag. Het klantenbestand bestaat dan ook voor een flink deel uit toeristen of mensen die een cadeau komen kopen. De klant zoekt de producten uit, Van Bussel maakt er een leuk pakketje van. ,,Kaas wordt heel veel cadeau gedaan.”

Aan reclame maken doet hij niet: mensen moeten de Boergondiër zelf ontdekken, vindt hij. Op Facebook en Twitter zul je zijn winkel daarom niet vinden. ,,Kaas moet je proeven.”

 

De Kaaskop

Eigenaars: Gea Koeling en Cor Dijkstra
Locatie: Zwanestraat
Open sinds: 2015
Koop hier als: je een borrelavondje thuis organiseert.

De Kaaskop is er voor wie van het goede leven houdt, zeggen Gea Koeling en Cor Dijkstra. Want ze noemen hun zaak wel een kaaswinkel, maar je kunt er alles krijgen voor de borrel: zelfgebrande noten, luxe worst, verse tapas en bij elke kaas een bijpassend biertje of flesje wijn. ,,Wij gaan voor de beleving; bij ons kun je terecht voor smaakcombinaties”, zegt Dijkstra. Koeling vult aan: ,,Alles wat je zou willen kopen moet je ook kunnen proeven, vinden wij. Het ergste wat er kan gebeuren is dat je hier kaas koopt en dat je geen idee hebt hoe hij smaakt.”

Dijkstra en Koeling gooiden allebei het roer om voor De Kaaskop. Hij zat in de commerciële dienstverlening, zij in het projectmanagement. Die achtergrond zie je terug in hun aanpak: ze staan niet alleen in hun winkel, maar verzorgen ook de catering bij borrels, organiseren proeverijen en leveren relatiegeschenken. ,,Wij zijn een ambachtelijke winkel met een stadse twist.”